Hoofddorper (23) krijgt taakstraf voor bezit en handel in zwaar vuurwerk
In dit artikel:
Vier mannen uit Hoofddorp, Winkel, Rotterdam en Berkel en Rodenrijs kregen vrijdag van de politierechter in Den Haag taakstraffen opgelegd omdat ze handel dreven in zwaar vuurwerk. Het Openbaar Ministerie had gevangenisstraffen geëist, maar de rechter volstond met werkstraffen en voorwaardelijke gevangenisstraffen.
De 23-jarige verdachte uit Hoofddorp kreeg de hoogste werkstraf: 300 uur. Hij bleek thuis ook zwaar illegaal vuurwerk te hebben en had bovendien een zelfgemaakt explosief pakket in elkaar gezet, waardoor de officier van justitie waarschuwde voor het risico dat één ontploffing een hele voorraad kan doen meetrekken. Een 23-jarige man uit Winkel kreeg 200 uur; de twee verkocht naar verluidt samen ongeveer 150 cobra’s. De 30-jarige Rotterdammer (24 stuks, waaronder cobra’s) moet 120 uur werken; de 30-jarige uit Berkel en Rodenrijs (44 stuks) kreeg 150 uur werkstraf.
De politie kwam de verdachten op het spoor door zich als kopers voor te doen; in mei werden in totaal zeven mensen aangehouden. Bij invallen werd bijna 350 kilo explosieven gevonden, waaronder zo’n 750 cobra’s en honderd shells (mortierbommen). Het OM onderstreepte dat zware vuurwerk vaak wordt gebruikt bij aanslagen op woningen, bedrijven en overheidsgebouwen: in de eerste helft van 2025 werden 678 explosie-incidenten geregistreerd, een stijging ten opzichte van vorig jaar.
Tijdens de zitting zeiden de verdachten uit Hoofddorp en Winkel spijt te hebben en dat ze zich niet bewust waren geweest van de gevaren. De zaak illustreert zowel het veiligheidsrisico van illegaal zwaar vuurwerk als het opsporingsinstrument van undercoverkoop voor het bestrijden van die handel.